5e actieprogramma nitraatrichtlijn mist strategie voor in stand houden bodemvruchtbaarheid
Het 5e Actieprogramma Nitraatrichtlijn is een gemiste kans wat betreft het in stand houden en verbeteren van de bodemvruchtbaarheid. Dat stelt de Nederlandse Akkerbouw Vakbond (NAV) in reactie op de brief van staatssecretaris Dijksma aan de Tweede Kamer. Naast enkele positieve punten is de vakbond verontwaardigd over het feit dat de overheid de akkerbouwbelangen ondergeschikt maakt aan die van de veehouderij.
De problemen met nitraat zijn vooral een veehouderijprobleem en de gebieden met een hoge veebezetting en niet of veel minder in de echte akkerbouwgebieden, stelt de NAV. Terecht stelt de staatssecretaris een opbrengstafhankelijke N-norm voor graan op klei voor maar de vakbond vindt het onbegrijpelijk en onterecht dat dit niet gaat gelden voor zand- en lössgronden. Een grote tekortkoming in de voorstellen van de staatssecretaris is het ontbreken van maatregelen die de bodemvruchtbaarheid in stand houden en verbeteren. De overheid biedt geen enkele ruimte voor het gebruik van bodemverbeteraars en ontmoedigt zelfs het gebruik van organische-stof-rijke dierlijke mest. De korting op de fosfaatgebruiksnormen in 2014 en 2015 conform 4e actieprogramma zal het gebruik van onbewerkte mest verder aan banden leggen. Dat werkt averechts voor de bodemvruchtbaarheid.
De NAV kan niet anders dan concluderen dat de bodemvruchtbaarheid geen prioriteit heeft en wordt opgeofferd aan de derogatie. Bodemvruchtbaarheid, het gebruik van bodemverbeteraars en het gebruik van organische-stof-rijke mest zou in de ogen van de NAV topprioriteit moeten zijn in een toekomstgericht mineralenbeleid. Het 5e actieprogramma leidt met de gerichtheid op het behalen van de derogatie aan tunnelvisie en mist een langere termijnstrategie ten aanzien van de bodemvruchtbaarheid.
De korting van 20% van de stikstofgebruiksnormen voor consumptieaardappelen in het zuidoostelijke zandgebied hakt er flink in. Het rendement komt daarmee sterk onder druk en dit kan onwenselijk gedrag uitlokken als men moet kiezen uit twee kwaden (overheid of bank). De akkerbouw in dat gebied en de overheid staan hier volgens de NAV voor een grote uitdaging en moeten snel op zoek naar een alternatief om de huidige stikstofgebruiksnormen veilig te stellen. Vooral het stimuleren van het gebruik van meer graan in het bouwplan met groenbemesters zou beloond kunnen worden met het handhaven van de huidige stikstofgebruiksnormen. De verhoging van de werkingscoëfficiënt voor varkensdrijfmest naar 80% lijkt vooral bedoeld om meer verwerkte mest te gaan gebruiken met als nadeel dat de organische stofvoorziening op de toch al schrale gronden verder in het nauw komt.
De NAV is blij dat er voor Texel en de Veenkoloniën eindelijk een permanente vrijstelling komt voor het bovengronds uitrijden van runderdrijfmest voor stuifbestrijding, waardoor de sector duidelijkheid krijgt bij het nemen van antistuifmaatregelen. Deze maatregel zou echter volgens de NAV voor alle stuifgevoelige gronden moeten gelden. Positief is ook dat reparatiebemesting fosfaat met dierlijke mest mogelijk wordt. Actualisatie van de indicatoren voor de fosfaattoestand van de bodem is daarbij van belang.
NAV, 12 september 2013