In december 2024 heeft de overgrote meerderheid van de Tweede Kamer zich uitgesproken tegen het EU-Mercosur handelsverdrag en het kabinet opgeroepen in de Raad van Europa op zoek te gaan naar een blokkerende minderheid (motie Teunissen c.s., zie ook Genoeg is Beter van december 2024). In eerste instantie had het kabinet aangegeven om in januari 2025 met een standpunt te komen. In een Kamerbrief van januari heeft minister Klever echter aangegeven dat het standpunt van het kabinet pas in het tweede of derde kwartaal van 2025 komt. In een vergadering van de Commissie Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 22 januari 2025 was er vanuit de Kamer veel kritiek op dit uitstel, omdat de ontwikkelingen in de EU doorgaan en het kabinet, om daarin een rol te spelen, wel een standpunt moet hebben. Een motie van Teunissen en Stoffer die het kabinet oproept om in februari met een standpunt te komen en de motie Teunissen volledig uit te voeren werd aangehouden. De NAV  blijft dit volgen en zal waar mogelijk invloed op een goede besluitvorming uitoefenen.

Ondertussen blijft de Europese Commissie stellen dat dit soort verdragen belangrijk zijn voor de economie. De nieuwe landbouwcommissaris Hansen is echter kritisch: hij heeft er bezwaar tegen dat er hogere residuen mogen zitten op importproducten dan op EU producten. Hij wil dat het verdrag op dit punt wordt aangepast. Dat mag wat de NAV betreft dan ook gelden voor andere productiewijzen, zoals het gebruik van genetische modificatie zolang dat in Europa nog niet is toegestaan.