Wildschade aan landbouwgewassen ten onrechte niet vergoed
Het komt steeds vaker voor dat wildschade aan akkerbouwgewassen niet vergoed wordt door de provincie zonder dat de akkerbouwer of de betreffende jager(s) daar adequate maatregelen tegen hebben kunnen c.q. mogen nemen. Het heeft in die gevallen dan ook geen zin om een verzoek om schadeloosstelling in te dienen. Wel blijft het van groot belang om dergelijke schade wel te melden. Twee voorbeelden:
Voorbeeld 1
In enkele provincies is er nog geen goedgekeurd Faunabeheerplan van kracht. Zolang er geen goedgekeurd Faunabeheerplan van kracht is, kan er geen bestrijding van veroorzakers van landbouwschade door middel van afschot plaats vinden. Omdat schade aan landbouwgewassen door dieren die op de landelijke vrijstellingslijst staan wel bestreden zou mogen worden met het geweer, kan er daarvoor geen beroep gedaan worden op de regeling voor schadeloosstelling bij de provincie. Een kromme redenering zult u zeggen, maar zo wordt door de provincies wel de regeling toegepast. Gedeputeerde Staten van Overijssel hebben in afwachting van hun goedgekeurd Faunabeheerplan overigens wel besloten in de periode van 1 januari 2017 tot 1 september 2017 landbouwschade door Canadese gans en houtduif te vergoeden volgens de daarvoor geldende regels. Zij doen dit omdat schade door deze dieren, die op de landelijke vrijstellingslijst staan, niet voorkomen mag worden door afschot.
Voorbeeld 2
In sommige gebieden langs met name de Duitse en Belgische grens wordt door de betreffende provincies een nultolerantie voor wilde zwijnen gehanteerd. Jagers mogen in die gebieden de wilde zwijnen actief bejagen. In de praktijk is echter een volledige nulstand van wilde zwijnen veelal niet haalbaar. Er ontstaat in een aantal gevallen dus toch nog grote schade aan landbouwgewassen van wilde zwijnen. Ook deze akkerbouwers kunnen geen beroep doen op de regeling voor schadeloosstelling, omdat de provincie van een nultolerantie uitgaat.
In beide gevallen is er gekozen voor een beleid waar schade aan de gewassen van akkerbouwers ontstaat, waartegen zij geen adequate maatregelen kunnen treffen en waarvoor zij ook geen beroep kunnen doen op (gedeeltelijke) schadeloosstelling.
De NAV vindt dat akkerbouwers in een aantal gevallen onterecht voor landbouwschade moeten opdraaien als gevolg van het door de provincies gevoerde beleid. De NAV gaat dit middels een open brief aankaarten bij de leden van de Tweede Kamer voor landbouw en het Interprovinciaal Overleg (IPO).