Voedselzekerheid, een goed boereninkomen en verduurzaming moeten samengaan
De Nederlandse Akkerbouw Vakbond is net als iedereen geschokt door de Russische invasie van Oekraïne. De situatie is uiteraard in de eerste plaats afschuwelijk voor de lokale bevolking. Ook inwoners van andere landen zullen de gevolgen ondervinden. Zo wordt er momenteel ineens weer breder gesproken over voedselzekerheid en ontstaat ook de discussie of duurzaamheid daar dan onder zal moeten lijden.
De kwestie is niet voedselzekerheid óf verduurzaming, maar voedselzekerheid én verduurzaming.
De NAV hanteert al sinds haar oprichting in 1993 het principe Genoeg is Beter. De NAV besteedt al langer aandacht aan het feit dat we in Nederland geen overschot produceren, in tegenstelling tot wat in de maatschappij breed gedacht wordt. Met ons areaal landbouwgrond kunnen we volgens Compendium voor de Leefomgeving 9.6 miljoen mensen voeden. Wij bestrijden dan ook de opvatting ‘de landbouw kan wel wat inleveren want het is toch maar voor de export’. De NAV vindt dat de Nederlandse landbouw een belangrijke rol heeft in voedselzekerheid in met name Europa. We zijn tevreden dat voedselzekerheid nu door steeds meer instanties als basisbehoefte wordt gezien voor geopolitieke stabiliteit en duurzame vrede. De NAV maakt zich hard voor juist die kansen die niet alleen duurzaamheidsdoelen dienen maar óók goed zijn voor voedselproductie en het boereninkomen.
Op korte termijn kunnen wij veel aardgas besparen door kunstmest te vervangen door dierlijke mest. Daarom stellen wij voor om per direct de N-norm uit dierlijke mest te verhogen naar 200 kg N/ha, om op voorspraak van minister Staghouwer de toelating van mineralenconcentraat te versnellen en om de dunne fractie na mestscheiding en andere stikstof bevattende reststromen toe te laten als kunstmestvervanger.
Daarnaast pleiten wij voor de terugkeer van rode diesel.
Bovenstaande maatregelen geven een forse kostenbesparing, welke doeltreffender is dan een subsidie of compensatie. Wij gaan er wel van uit dat afnemers de kostenstijgingen zullen betalen, maar door deze in de hand te houden kan de prijsstijging van voedsel voor consumenten beperkt blijven.
Voor het 7e AP en het nieuwe GLB geldt dat nog eens goed moet worden gekeken naar het effect van beleidskeuzes op voedselproductie en of de doelen niet beter op een andere manier kunnen worden gehaald. Zo is de maatregel van teeltvrije zones in het 7e AP goed voor areaalverlies ter grootte van de Noordoost Polder, maar kan volgens ons hetzelfde effect op waterkwaliteit worden bereikt met precisiebemesting zonder areaalverlies.
In het nieuwe GLB moet het eerste doel duidelijker voor ogen worden gehouden: een behoorlijk boereninkomen om de voedselzekerheid te garanderen in Europa. Dit is in het Nationaal Strategisch Plan volledig ondergesneeuwd door met name specifieke klimaatdoelen in de veenweidegebieden. Deze zijn uiteraard zeer belangrijk, maar moeten geen hogere prioriteit krijgen dan voedselproductie. Beloon de boeren die investeren in precisielandbouw, beloon de boeren die niet-kerende grondbewerking inzetten ten behoeve van het klimaat, beloon de boeren die verduurzamen met behoud van voedselproductie.
Voor de middellange termijn pleiten wij voor druk vanuit het Ministerie van LNV op versnelling van het toelatingsproces van laag-risico gewasbeschermingsmiddelen en versnelde uitvoering van de Europese plannen om precisie-verdelingstechnieken toe te laten, aangezien beiden verduurzaming zonder opbrengstderving kunnen bewerkstelligen.
Tot slot: de NAV is niet van mening dat Nederland de wereld moet voeden, maar onze positie in de vruchtbare rivierdelta met een gematigd klimaat houdt wel in, dat wij in ieder geval zo goed mogelijk onze eigen broek moeten kunnen ophouden wat voedselproductie betreft. Dat wij dan producten die hier goed groeien verhandelen tegen producten die elders groeien is daarbij logisch, maar onze totale bijdrage aan de voedselvoorziening zou niet negatief mogen zijn, gezien onze ligging en ons hoge kennisniveau. Dat betekent dat landbouwgronden beschermd moeten worden tegen functieverandering, dat natuurontwikkeling samen met de landbouw en niet ten koste van de landbouw moet plaatsvinden, dat we geen datacenters bouwen op landbouwgrond enz. Het eerste doel van landbouw, namelijk voedselproductie, krijgt ineens weer volop aandacht. Het is zaak dat zo te houden.