Zware onvoldoende voor RLI-advies aan Bleker vanwege eenzijdige focus op liberalisering
Het advies van de Raden voor de leefomgeving en infrastructuur (RLI) aan staatssecretaris Bleker is veel te eenzijdig gericht op liberalisering van de wereldmarkten van agrarische producten. Dat zegt de Nederlandse Akkerbouw Vakbond (NAV) in reactie op het advies dat RLI onlangs uitbracht. NAV-voorzitter Teun de Jong noemt het advies een gemiste kans. ‘De RLI laat zien blind achter de liberaliseringslobby aan te lopen en geen oog te hebben voor de maatschappelijke nadelen. We geven RLI een zware onvoldoende en vinden dat het huiswerk over moet.’
Op verzoek van het kabinet adviseerden de RLI over de uitgangspunten voor het GLB. Volgens de NAV zit het advies gevangen in het heilige geloof van wetenschappers, ambtenaren en vertegenwoordigers van de agribusiness die betrokken waren bij het opstellen van het advies in vrijhandel. Teleurgesteld stelt de NAV-voorzitter vast dat RLI liberalisering kennelijk als een voldongen feit ziet. ‘De RLI heeft zelfs niet de moeite genomen de plussen en minnen van vrije wereldhandel voor de samenleving en voor voedselproducenten en consumenten op een rij te zetten en dit af te zetten tegen een gemeenschappelijk landbouwbeleid waarin de landbouwmarkten enigszins worden geordend. Men constateert slechts dat de liberalisatie door de Wereldhandelsorganisatie WTO voortgaat. Dit terwijl liberalisatie wel degelijk enorme nadelen kent.’ De Jong noemt als een van de nadelen dat overproductie leidt tot lage prijzen waarna de landbouwinvesteringen dalen en de wereld aankoerst op een voedselcrisis. ‘En niet te vergeten van het grotendeels verdwijnen van de productie van plantaardig eiwit uit Europa na het verdwijnen van de marktbescherming in de EU.’ De eenzijdige focus van RLI op liberalisatie is volgens De Jong mede een gevolg van het zeer selectieve gezelschap dat een bijdrage leverde aan het advies.
Het stoort de NAV zeer dat de RLI volledig voorbij gaat aan de maatschappelijke gevolgen van scherpe concurrentie op de wereldmarkten. Milieu, dierenwelzijn en boereninkomens zijn de klos als op het scherpst van de snede moet worden geboerd. ‘Vrije wereldhandel klinkt mooier dan het is. Denk ook eens aan de verspreiding van ziekten en plagen die zich door de wereldhandel sneller over de wereld verspreiden,’ aldus de NAV-voorzitter.
De Jong vindt dat naast het advies van RLI een advies gelegd moet worden dat de mogelijkheden schetst voor landbouw en samenleving bij een GLB met ordening van markten en voedselsoevereiniteit als uitgangspunt. De Jong: ‘Minder gesleep met landbouwproducten over de wereld en inzetten op voedselzekerheid en voedselveiligheid per werelddeel. Dus per werelddeel zorgen voor voedselzekerheid en dus minder afhankelijkheid van de wereldmarkt. Met andere woorden managed trade.’
NAV, 14 juni 2011